1. LEVEN EN KUNST KUNNEN NIET ZONDER ELKAAR
‘Toen ik pas op de toneelschool zat, was ik ook bij WEIK, een sociale beweging in Antwerpen. We waren geëngageerd, maar we konden ook heel goed feesten en wild om ons heen slaan. De toneelschool was ernstig, het leven daarbuiten een groot avontuur: die werelden leken me onverenigbaar. Tot ik les kreeg van Johan Simons, die ik nu mijn artistieke vader noem. Hij gaf me een boek over performancekunstenaar Ben d’Armagnac. Kunst is een exponent van het leven, zei die. Toen begreep ik dat alle aspecten van het leven, wat je meemaakt, wie je ontmoet en wat je doet, net een bron zijn om kunst te kunnen maken. Het een staat niet los van het ander, integendeel, ze kunnen niet zonder elkaar.’
2. WEES NIET ZUINIG MET JEZELF
‘Iets later maakte ik kennis met het werk van Jan Joris Lamers, die op dat moment De Vere oprichtte. Het motto van dat gezelschap was een zin uit een stuk van Shakespeare: Ontwaakt jonge vrekken, sparend verspilt gij uw kracht. Die zin heeft lang boven mijn bed gehangen, en ik denk er nu nog vaak aan. Leven is durven, niet gebukt gaan onder wat iemand anders van jou verwacht. Doen wat jij denkt dat het beste is.’
3. DOE IETS VAN WAARDE, EN DOE HET MET STIJL
‘Milieukundige Peter Tom Jones zegt in zijn boek Terra reversa dat we moeten streven naar rechtvaardige duurzaamheid. Daarmee bedoelt hij een democratisch bestel waarin iedereen recht heeft op een gelijke toegang tot onze eindige grondstoffen. Voor Europa betekent dat dat we 90 procent van ons verbruik moeten terugschroeven. Dat is bijna onvoorstelbaar. Ik sprak hierover met de jonge filosoof Sasha Kahn en vroeg hoe we dat in hemelsnaam moeten aanpakken. To withdraw gracefully, antwoordde hij. Dat vond ik zo goed gezegd. In plaats van het als een onmogelijke opdracht te zien, raadt hij aan het in stijl te doen. Zoals het orkest dat bleef spelen op de zinkende Titanic, of de pianist in Sarajevo die op een berg klom en tussen de bommen door begon te spelen.’
4. WAARHEID IS CONCREET
‘Waarheid is concreet, stond er in grote letters op het bureau van Bertold Brecht. Op datzelfde bureau stond ook een houten ezeltje, Brecht had er een briefje bijgehangen: zelfs ik moet het kunnen begrijpen. Hoe complex de materie waarmee je bezig bent ook is, de kunst bestaat erin je vraagstuk of voorstel zo eenvoudig mogelijk te formuleren. Ik pleit natuurlijk niet voor simplisme, maar als je werk maakt dat complexe materie herbergt, moet je je ook de vraag stellen: wat wil ik met dit werk bereiken, waarom maak ik het? Dan is het een kunst je werk zo te formuleren dat je publiek een ingang vindt.’
5. BLIJF PROBEREN
‘Toen Guy Cassiers artistiek leider van het Toneelhuis werd, nodigde hij zes heel verschillende makers uit om dat theater samen met hem artistiek in te vullen. Die makers, van wie ik er één was, waren het natuurlijk niet allemaal met elkaar eens, maar werden “gedwongen” in hetzelfde huis aan hetzelfde project te werken. Cassiers deed dat vanuit een geloof in het verschil en in de dialoog die daaruit ontstaat om tot een oplossing te komen. Daarvan heb ik geleerd dat er niet zoiets is als dé waarheid, er is niet één ideaal waarvan we kunnen zeggen: kom, dit is duidelijk, hier gaan we voor, zo makkelijk is het. Nee, kunst maken, en een waarheid vinden, is blijven proberen, blijven zoeken, een proces van trial and error.’
Benjamin Verdonck is beeldend kunstenaar en theatermaker. Sinds kort is zijn boek uit: Kalender 09. 365 dagen acties in Antwerpen, met teksten en tekeningen bij de acties die hij in de openbare ruimte uitvoerde.
JOYCE DE BADTS