Katherina Lindekens: Wie was Nana Yaa Asantewaa, en wat was de Golden Stool?
Gorges Ocloo: Om dat te begrijpen, moeten we naar het jaar 1900. In de Asante-regio van het huidige Ghana kwam de decennialange strijd tegen de Britse kolonisatie tot een culminatiepunt. De Engelsen eisten The Golden Stool op: een kleine gouden troon die hét symbool was van de Asante-monarchie. Het hof kwam bij elkaar. Onder de moegestreden mannen was de consensus: ‘Geef hen die troon maar, we maken wel een nieuwe.’ Maar dat was buiten Nana Yaa Asantewaa gerekend. De 62-jarige nicht van de koning liet van zich horen: als de mannen niet wilden vechten om de ziel van de Asante, zou zij het wel doen. Ze trommelde een leger van vrouwen op. Uiteindelijk wonnen de Britten. De Gold Coast werd ingenomen; de Golden Stool werd naar Engeland gebracht. Maar bij aankomst bleek het een nepexemplaar te zijn. Onze opera is het portret van de radicale vrouw die toch het laatste woord kreeg.
Je noemt The Golden Stool, or the story of Nana Yaa Asantewaa een ‘AfrOpera’. Wat bedoel je daarmee?
Je zou kunnen zeggen dat ik een muzikale confrontatie tussen Europa en Afrika ensceneer. Ik selecteer enkele iconische composities uit de westerse muziekgeschiedenis en herschrijf ze in de traditie van de Afrikaanse ‘klassieke muziek’, die drijft op percussie. Een voor een zijn het ‘hits’ die ik bewonder, van componisten zoals Vivaldi, Händel, Beethoven, Bizet, Verdi en Sjostakovitsj. Hun muziek injecteer ik met Afrikaanse invloeden, zowel ritmisch als melodisch en harmonisch. Op een bepaalde manier speel ik dus een spel met de toe-eigening van culturele symbolen, zoals de Engelsen deden met de Golden Stool. Maar ik steel de muziek niet – ik leen ze alleen even. (lacht)
Hoe vertaalt die muzikale confrontatie zich op het toneel?
Ik wist van in het begin dat ik deze voorstelling met tien zwarte vrouwen wilde maken: twee klassiek geschoolde zangeressen, geflankeerd door een ‘koor’ van dansers en percussionisten. We zullen veel met lichaamspercussie werken, en ook de ruimte wordt één groot instrument. Tijdens de War of the Golden Stool deden de vrouwelijke krijgers iets vernuftigs: ze omsingelden de vijand met honderden ntumpan. Dat zijn Afrikaanse trommels die ook talking drums worden genoemd. Door daar met een stok over te krassen simuleerden de vrouwen het geluid van leeuwen. Dat soort beelden fascineert me mateloos. Ook de reis naar Ghana die ik afgelopen zomer maakte, liet zijn sporen na.
Ik stelde er vast hoe complex de erfenis van Nana Yaa Asantewaa is. Ze wordt gezien als een heldin, maar haar standbeeld is spoorloos en haar portret staat niet langer op de Ghanese munt. Weinig mensen kennen écht haar verhaal. Nana Yaa Asantewaa is een gelaagd personage, dat evenveel kracht als tristesse oproept. Al die schakeringen hopen we te kunnen tonen.